Door Kay Bemelen
Recent was er ophef in de media over de vergoedingen van Tweede Kamerleden en Europarlementariërs. Elk Kamerlid kan aanspraak maken op maximaal €150.000 aan vergoedingen voor het werk dat zij verzetten. Fractievoorzitter of nummer 25: iedereen krijgt hetzelfde. Hiermee kosten onze Kamerleden de belastingbetaler ruim 22 miljoen euro per jaar. Kinderspel bij wat onze vertegenwoordigers in Brussel jaarlijks krijgen overgemaakt.
In 2018 was de begroting van het Europees Parlement 1,95 miljard euro. De ongeveer 7.000 medewerkers, denk hierbij aan beleidsmedewerkers en tolken, zijn de grootste kostenpost: van de totale begroting gaat ongeveer 44 procent op aan hun salaris.
De salarissen van Europarlementariërs en een klein leger aan persoonlijk medewerkers beslaan ongeveer 22 procent van de begroting. Dat betekent dat het Europees Parlement tweederde van haar begroting direct ‘doneert’ aan de portemonnees van Europeanen.
De resterende 34 procent gaat naar de parlementsgebouwen, de vertegenwoordigingen in de lidstaten, de IT en telecommunicatie, administratief medewerkers en naar activiteiten van de politieke fracties, zoals conferenties buiten Brussel en Straatsburg.
Bescheiden vergoedingen
Het bruto salaris van een Europarlementariër is ongeveer €8.750 per maand. Daarover wordt tussen de 20 en 30 procent belasting betaald, beduidend minder dan in Nederland als je een dergelijk bedrag verdient. Daarnaast worden de reiskosten van en naar vergaderingen van het Europees Parlement in Brussel en Straatsburg vergoed, plus vaste vergoedingen per gereisde kilometer. Ze mogen business class vliegen, in de trein eerste klas reizen of met de auto komen tegen een vergoeding van 50 cent per kilometer. Als je onderweg van Straatsburg naar Brussel tankt in Luxemburg, kun je voor deze vergoeding met gemak de meest onzuinige auto’s ter wereld rijden. Hoezo protesteren gele hesjes tegen te hoge brandstofprijzen?
"Dit alles bij elkaar opgeteld is ruim €200.000 per Europarlementariër per jaar."
‘Sobere’ hotels
Daarbovenop krijgen onze Europese volksvertegenwoordigers voor accommodatie en reizen buiten de vergaderingen een reiskostenvergoeding van maximaal €4.450 per jaar. Daarvoor moeten ze wel bewijsstukken aanleveren zoals bonnetjes van ‘sobere’ 4 en 5 sterren hotels en fietstaxi’s. Ook ontvangen de leden van het Europees Parlement een verblijfsvergoeding van €320 voor elke dag van aanwezigheid op officiële vergaderingen. Denk hierbij aan hotelkosten, maaltijden en overige kosten. Er zijn ongeveer 168 vergaderingen per jaar. Op een van die vergaderingen (misschien wel de belangrijkste) keuren ze overigens hun eigen begroting goed. Het is tevens van belang dat onze volksvertegenwoordigers gezond blijven en dus krijgen Europarlementariërs tweederde van hun medische kosten vergoed.
Riant pensioen
Er zijn natuurlijk ook nog allerlei andere uitgaven die de parlementariërs van deze bescheiden vergoedingen echt niet kunnen betalen. De maandelijkse vergoeding voor ‘algemene’ uitgaven (zoals kleding en andere zaken die het gepeupel van het reguliere salaris moet betalen) is een vast bedrag van ongeveer €4.500.
Dit alles bij elkaar opgeteld is ruim €200.000 per Europarlementariër per jaar. Dat komt neer op jaarlijks richting de 160 miljoen euro aan publieke middelen die uitgekeerd worden om het onze 751 Europarlementariërs zo comfortabel mogelijk te maken tijdens hun ongetwijfeld zware werkweek. Het mag allemaal wat kosten.
Europarlementariërs hebben overigens ook vanaf 63-jarige leeftijd recht op pensioen. Het bedrag hiervoor is 3,5 procent van het salaris voor elk jaar dat ze lid zijn geweest van het Europees Parlement, met een maximum van 70 procent van het salaris. Dit betekent dat je als parlementslid slechts 20 jaar hoeft te werken om een riant pensioen bij elkaar te sparen.
"Denk goed na wie je de komende vijf jaar 1 miljoen belastinggeld gunt."
In perspectief
Het gemiddelde bruto inkomen in Europa is een magere €24.000 per jaar, met als laagste Bulgarije (€3.900) en hoogste Denemarken (€61.000). Daarmee krijgt een Europarlementslid dus ruim acht keer zoveel uitbetaald als de gemiddelde Europeaan. En een Bulgaars Europarlementslid ruim 50 keer zoveel als zijn landgenoten.
Binnenkort mag je weer naar de stembus om dit feestje mogelijk te maken. Denk goed na wie je de komende vijf jaar 1 miljoen belastinggeld gunt en een pensioenopbouw waar jijzelf en je buurman decennia voor aan de bak moeten.
Geïnteresseerd in meer artikelen over de Europese Parlementsverkiezingen? Hou dan de komende dagen onze EU-pagina in de gaten.