top of page
  • Foto van schrijverDr. Stefan Jongen

Bescherm jezelf tegen nepnieuws in verkiezingstijd

Bijgewerkt op: 14 okt. 2019


Met nepnieuws en alternatieve feiten staat de grens tussen waarheid en leugen al een tijdje onder druk. Recent berichtte GeenKwats dat de nepnieuwsmolen weer op volle toeren draait in campagnetijd. Desinformatie, misinformatie, pulpnieuws: de verschillende termen vliegen je om de oren. Informatie verpakt als bullshit. Onzin. Wat kun je hier zelf tegen doen? Staat jouw bullshitdetector op scherp voor de komende Europese Parlementsverkiezingen?



Des- en misinformatie

Fake news valt onder de noemer van desinformatie: het moedwillig verspreiden van nieuws dat nep is. Bijvoorbeeld om geld mee te verdienen door zoveel mogelijk clicks te halen. Het Rathenau Instituut concludeerde eerder dit jaar echter dat het in Nederland wel meevalt met de online verspreiding van nepnieuws.

Er ligt echter nog een ander gevaar op de loer: misinformatie. Hierbij gaat het vooral om onjuiste informatie die niet moedwillig wordt verspreid. Omdat iemand zich vergist of niet alle feiten op een rij heeft. Dat is veel moeilijker te constateren. Tijdens het Maastricht Debate debatteerden de Spitzenkandidaten van de partijen die meedingen voor het voorzitterschap van de Europese Commissie over mogelijke oplossingen. “We moeten de grote techgiganten reguleren”, aldus Guy Verhofstadt. “Onderwijs, onderwijs, onderwijs”, sprak Frans Timmermans, om onze kritische houding ten opzichte van informatie te ontwikkelen. Maar hoe reguleer je deze giganten voor het verspreiden van informatie? En hoe zorg je voor de kwaliteit van onderwijs om die kritische houding te ontwikkelen voor iedereen in onze samenleving?

Dat zijn geen vragen die eenvoudig te beantwoorden zijn. En het legt de verantwoordelijkheid bij de techgiganten of de onderwijsontwikkelaars neer. Iets waar jij en ik niet meteen heel veel aan kunnen doen. Waar heb je dan wel invloed op? Juist, op jezelf en hoe jij met (mis)informatie omgaat. Stem je op gevoel? Of maak je een geïnformeerde keuze in je hoofd met een lijst van voors en tegens? Of stem je niet? Je brein kan soms een slechte raadgever zijn bij het maken van keuzes.


"Negeer die peilingen, en luister ook eens naar wat andere groepen te melden hebben."

Bandwagon effect

Door wie laat je je informeren om een stemkeuze te maken? Je vriendengroep of familie? Peilingen? Is je vriendengroep pro-EU, dan is de kans groot dat jij dat ook bent. Is je familie anti-EU? Grote kans dat je bij deze gesprekken anders tegen de EU aankijkt. Staat jouw voorkeurspartij slecht in de peilingen? Kans dat je switcht naar een andere partij. Dit komt door het bandwagon effect. Deze Amerikaanse term verwijst naar het volk dat klakkeloos achter de muziek aan liep van een circusband, die vroeger door de dorpen en steden trok. Het is de neiging van het individu om zijn visie aan te passen aan de visie van een steeds groter wordende groep, ongeacht of er bewijs is voor die visie. Het individu is dan geneigd om ook op de bandwagon te springen. Mensen hebben de neiging om zich aan te sluiten bij een meerderheid of bij winnaars. Peilingen hebben daardoor ook enige invloed op het stemgedrag. Daarom zijn de peilingen vlak voor verkiezingen in sommige landen verboden. Heb je het gevoel dat je op een bandwagon zit? Spring er eens af. Negeer die peilingen, en luister ook eens naar wat andere groepen te melden hebben.


Voorkeur voor bevestiging

Laten we eens een gedachte-experimentje doen. Stel je een tafel voor waarop vier kaarten liggen: een A, een B, een 4, en een 7. Welke twee kaarten draai je om als je de volgende regel wilt controleren? “Als een kaart op de ene kant een klinker heeft, staat op de andere kant een even getal.”

Koos je voor kaart A en 4? Dan ben je ten prooi gevallen aan de voorkeur voor bevestiging. Ook wel confirmation bias genoemd. Niet getreurd, in het originele experiment kozen minder dan 5% van de deelnemers het juiste antwoord; kaart A en 7.

Stel je nu maar eens deze kaarten voor: “Persoon 1 drinkt bier”, “Persoon 2 drinkt fris”, “Persoon 3 is 45 jaar” en “Persoon 4 is 16 jaar”. En de opdracht luidt: “Als iemand alcohol drinkt, moet hij minstens 18 jaar oud zijn”. Nu kies je hoogstwaarschijnlijk de eerste en de laatste kaart. De andere twee kaarten geven namelijk geen extra informatie, net als in het eerste experiment.

Dit Wason-Kaart-experiment toont aan hoe makkelijk we tuinen in de voorkeur voor bevestiging. En zo geldt dat ook voor het omgaan met de keuze op wie we stemmen. Mensen hebben over het algemeen een voorkeur voor bevestiging van hun eerste indruk. Op deze manier blijf je in een kringetje ronddraaien, zonder nieuwe inzichten te vergaren, terwijl je wel denkt nieuwe inzichten te krijgen. Als we bijvoorbeeld een bepaald beeld hebben van een politicus, zullen we vaak alleen info tot ons nemen die dit beeld bevestigt.


"Info die dit beeld ontkent, laten we vaak links liggen. Dit noemen we het struisvogeleffect."

Je hoofd in het zand steken

Info die dit beeld ontkent, laten we vaak links liggen. Dit noemen we ook wel het struisvogeleffect. Hierbij vermijdt men - bewust of onbewust - informatie die zou kunnen helpen bij het maken van een betere beslissing. Vind je bijvoorbeeld dat er te veel geld naar Brussel gaat? Of ben je ervan overtuigd dat wij geen rekening hoeven te houden met China en de VS en dat wij als Nederland onze eigen boontjes wel kunnen doppen? Mocht je bepaalde overtuigingen hebben, dan ben je geneigd om info die het tegendeel bewijst te negeren. Zoek ook eens info die jouw beeld niet bevestigt. Verdiep je bijvoorbeeld eens in hoeveel geld nu precies naar de EU gaat en hoe Europa zich verhoudt tot grootmachten zoals China en de VS. Misschien kom je dan tot andere inzichten. En wist je bijvoorbeeld dat het onzin is dat struisvogels daadwerkelijk hun kop in het zand steken?

 

Geïnteresseerd in meer artikelen over de Europese Parlementsverkiezingen? Hou dan de komende dagen onze EU-pagina in de gaten.



bottom of page