top of page
  • Foto van schrijverLieve Smeets

De duistere realiteit van weeshuistoerisme

Bijgewerkt op: 17 nov. 2020


“Wat lief, die kinderen”, “zij is echt een wereldverbeteraar” of “misschien moet ik ook zulk werk in het buitenland gaan doen”? Als je bij deze voorbeelden denkt aan foto’s van een westerling die vrijwilligerswerk doet met kinderen in het buitenland, ben je misschien nog niet op de hoogte van het wereldje achter weeshuistoerisme. Vrijwilligerswerk in het buitenland kan heel mooi zijn, maar sommige projecten dragen een duistere realiteit met zich mee.


Door: Lieve Smeets



Voluntourism is door de jaren heen steeds populairder geworden. Het woord bestaat uit vrijwilligerswerk (volunteering) en toerisme (tourism), voor veel mensen een gouden combinatie: op vakantie naar een ver land terwijl je iets voor de lokale bevolking doet. En dat staat nog mooi op je cv ook. Er bestaan veel organisaties die deze win-win situatie faciliteren. Enerzijds kan de vrijwilliger reizen, werken en zich goed voelen over zijn contributie aan de samenleving. Anderzijds profiteert de bevolking van de hulp en het werk van de vrijwilliger. Echter kent de ‘industrie’ van voluntourism ook een groot aantal rotte appels.


Schade

Veel projecten helpen de bevolking helemaal niet en richten zelfs schade aan. Hieraan hebben beide kanten schuld: de organisatie die zich onvoldoende verdiept in de gevolgen van de projecten die zij aanbiedt (of zich hier simpelweg niet eens mee bezig houdt en moedwillig deze projecten opzet om geld te verdienen), maar ook de vrijwilliger die dit evenmin doet en zich toch opgeeft voor het project. Verreweg de meeste problemen omtrent voluntourism ontstaan bij projecten in weeshuizen.


"Kinderen komen in weeshuizen terecht terwijl zij geen wezen zijn."

‘Wezen’

Het is geen geheim dat veel weeshuizen in derdewereldlanden op onethische manieren te werk gaan. Google geeft eindeloos veel voorbeelden van opvangcentra: van Guatemala tot Thailand, van Haïti tot Cambodja. Het land maakt niet uit, want de insteek is overal hetzelfde: kinderen komen in weeshuizen terecht terwijl zij geen wezen zijn.

Kinderen die in deze landen als ‘wees’ worden aangeduid, hebben doorgaans nog minstens één levende ouder. Zij worden weggehaald bij ouders die het niet breed hebben, of het betreft kinderen die in mensenhandel terecht zijn gekomen. Sommige ouders denken dat het goed is om hun kind onder te brengen in een weeshuis, omdat zij zelf onvoldoende middelen hebben om hen op te voeden. Het is niet uitzonderlijk dat de kinderen in nog erbarmelijkere omstandigheden terechtkomen. In dit artikel van Huffington Post geven kinderen bijvoorbeeld aan ‘constant honger te hebben’ en dat zij ‘hard werk moeten verrichten’. De NGO Lumos kwam in een onderzoek erachter dat Haïti 140 weeshuizen kent waarin kinderen het risico lopen te worden misbruikt, mishandeld, verwaarloosd of uitgebuit, en in het ergste geval zelfs komen te overlijden.


Vraag en aanbod

De weeshuizen doen er alles aan om genoeg weeskinderen te hebben, want daar komen de vrijwilligers uiteindelijk voor. Het voelt bijna als een economisch systeem; vraag en aanbod. De vraag naar vrijwilligersprojecten met kinderen is hoog, dus het aanbod moet ook hoog blijven. En dus gaan de weeshuizen op zoek naar kinderen die als wezen neergezet kunnen worden. Een vicieuze cirkel met mensenlevens als onderwerp. Het helpt niet dat de regels omtrent het openen van een weeshuis vrij soepel zijn: de helft van alle huizen in Cambodja staan niet geregistreerd bij de overheid.


"Zodra de ene vrijwilliger weer op het vliegtuig naar huis zit, komt de ander net aan."

Mentale problemen

Naast het feit dat het zorgelijk is dat deze kinderen bij hun ouders worden weggehaald en tussen andere ‘wezen’ moeten opgroeien, wordt er volgens onderzoekers weinig aandacht geschonken door de weeshuizen en vrijwilligers aan de mentale gevolgen voor deze kinderen.

In de jaren 40 van de vorige eeuw schreven onder andere Rene Spitz en William Goldfarb voor het eerst over deze problemen. De jongens en meisjes worden niet grootgebracht door een ouder, een familielid of binnen een warm gezin. Vrijwilligersprojecten duren gemiddeld een paar weken, waarbij de vrijwilliger veel contact heeft met de kinderen. Zij bouwen een band met hen op die gedoemd is om verbroken te worden wanneer de hulptoerist weer naar huis gaat. Dit gebeurt niet eenmalig, want zodra de ene vrijwilliger weer op het vliegtuig naar huis zit, komt de ander net aan.


Stabiele factor

De kinderen maken steeds connecties met personen die weer weggaan. Er is geen constante of stabiele factor, zoals een ouder of grootouder, waar zij zich aan vast kunnen houden. Het is dan ook niet verwonderlijk dat deze kinderen een grotere kans hebben om problematiek te ontwikkelen, of in een gevaarlijk milieu terechtkomen wanneer zij te oud zijn geworden voor het weeshuis, aldus Save the Children.

De documentaire Cambodia’s Orphan Business laat bijvoorbeeld zien dat ‘wezen’ last krijgen van hechtingsstoornissen. Ook zijn zij slechter in het aangaan van relaties volgens Kevin Browne, professor op het gebied van forensische psychologie en kindergezondheid.


"Vrijwilligerswerk met kinderen in een weeshuis in een ontwikkelingsland? Daar moet je misschien nog een keertje over nadenken."

Aandacht

Door de jaren heen is er steeds meer aandacht gekomen voor voluntourism in de weeshuissector. In 2019 werden er Kamervragen gesteld over een onderzoek naar het fenomeen. Op www.nederlandwereldwijd.nl worden de gevaren van vrijwilligerswerk in weeshuizen nogmaals benadrukt en alternatieve opties aangeboden. Er zijn meer dan voldoende projecten die wél ethisch verantwoord zijn, ook wanneer je de kleine lettertjes hebt gelezen en onderzoek hebt gedaan naar het project en de organisatie. Tevens uiten critici en actiegroepen steeds vaker hun zorgen om vrijwilligers bewust te maken van hun impact.

Is voluntourism in zijn kern slecht? Verre van. Denk aan projecten die te maken hebben met het behoud en onderhoud van natuur, water en dieren. Is vrijwilligerswerk met kinderen per definitie een slecht idee? Ook dat hoeft niet waar te zijn. Maar vrijwilligerswerk met kinderen in een weeshuis in een ontwikkelingsland? Daar moet je misschien nog een keertje over nadenken.



bottom of page