Wordt het niet eens hoog tijd dat we collectief gaan mekkeren over kerstmis? De slavendrijvende goedheiligman is inmiddels op zijn retour, naar transgendertoiletten kraait geen haan meer, en de boerkadiscussies beginnen in maart pas. De tijd om het protserige kerstfeest door het slijk te halen, lijkt overrijp. Maar niemand hapt. Wat vreemd.
Eerlijk gezegd heb ik vrij weinig met die vermoeiende culturele discussies. Als de redeloze gespreksstof weer door een alcoholfilosoof ter sprake gebracht wordt in de kroeg, heb ik plotseling vrij weinig te zeggen. Niet alleen is mijn interesse ver te zoeken, ook vind ik het lastig een standpunt in te nemen. Ik snap beide kampen eigenlijk wel. Behalve Sylvana; die lijk ik nooit te snappen.
Zodra de argumenten vol passie en ergernis naar elkaars hoofd geslingerd worden, leun ik achterover. Met een stiekeme glimlach aanschouw ik de plotselinge maatschappelijke interesse van de cultuurbarbaren die ik mijn vrienden noem. Ik voel zelfs een beetje trots. Kijk dan, ze kunnen het tóch, denk ik dan, terwijl ik voorzichtig aan mijn aspartaamrijke Radler nip.
Maar zodra de op hol geslagen feiten wegebben en de Pieten Duitse demonen blijken te zijn, raken de discussies al snel in een staat van tijdelijke vergetelheid. Zo snel als we van IKEA-meubels wisselen en het nieuws doorsjeezen op NU.nl, gaan we van het ene debat naar het andere. En dat moet ook. Anders wordt het weer te saai; dan wordt er niet meer over gesproken in de kroeg, maar in de Kamer.
En plots, radiostilte. Kerstlampjes branden in het geel en creditcards dansen in het rood. Maar het kindeke Jezus, wiens geboortedatum niet eens overeenkomt met het oorspronkelijke Germaanse lichtfeest, wordt in zijn waarde gelaten. Evenals die dikke Coca Cola mascotte in zijn vliegende slee. Niemand die zeurt over zielige rendieren of het opdringen van ‘christelijke’ tradities aan de heidenen en ketters. Een waar kerstwonder.
Maar 2016 zou 2016 niet zijn als we het niet gezellig met ons allen verzieken, tot aan de laatste week van het jaar. Misschien is er een referendum voor nodig, misschien een muur of wat schmink. Ik kijk er naar uit; anders wordt er weer alleen over voetbal gepraat in de kroeg.